Wat is urine-incontinentie?

Bij urine-incontinentie verliest de betrokkene ongewild urine. De term urine-incontinentie beschrijft dus het onvermogen om de blaas bewust te legen. Urinaire incontinentie wordt in de volksmond ook wel blaaszwakte of urine-incontinentie genoemd en kan mensen van elke leeftijd treffen. De kans op urine-incontinentie neemt echter toe met de leeftijd. Vrouwen hebben vaak meer last van urine-incontinentie dan mannen vanwege hun zwakkere bekkenbodemspieren. Urinaire incontinentie is meer een symptoom dan een ziekte. Urinaire incontinentie wijst altijd op een ziekte, die in verschillende gradaties en vormen kan voorkomen.

Hoe werkt het menselijk urinesysteem?

Urine wordt geproduceerd door de nieren en verzameld in de blaas. De plasbuis en de blaassluiter slaan de urine op in de blaas. Als de blaas zich vult, zet de blaaswand uit. De zenuwen van het ruggenmerg geven de hersenen een signaal wanneer de blaas geleegd moet worden. Gezonde mensen voelen dan een aandrang om te plassen. Urineren ontgift ook het lichaam.

Wat zijn de verschillende vormen van urine-incontinentie?

Er zijn verschillende oorzaken die tot urine-incontinentie kunnen leiden. Naast operaties aan de onderbuik zijn dat bijvoorbeeld zwangerschap, bepaalde ziekten zoals diabetes of zenuwschade. Afhankelijk van de oorzaak en de symptomen wordt onderscheid gemaakt tussen de verschillende vormen van urine-incontinentie:

  • Stressincontinentie: urineverlies wordt vaak uitgelokt door lichamelijke inspanning. Deze vorm van urine-incontinentie komt vooral voor bij hoesten, lachen of niezen. Sommige mensen hebben echter ook last van stressincontinentie tijdens inspanning, omdat de blaassluitspier te zwak is en de urine niet kan tegenhouden bij verhoogde druk in de buik.
  • Aandrang- of drangincontinentie: de blaas lekt onwillekeurig urine door een opslagstoornis van de blaas. Getroffen personen hebben meestal last van een plotselinge, oncontroleerbare aandrang om te plassen of moeten vaak naar het toilet (ook 's nachts).
  • Gemengde incontinentie: Combinatie van aandrang- en stressincontinentie, waarbij de getroffen persoon niet alleen last heeft van een uitgesproken aandrang om te plassen, maar ook onwillekeurig urine verliest bij lichamelijke inspanning.
  • Reflexincontinentie: het gevolg van een verstoorde overdracht van zenuwimpulsen
  • Overloopincontinentie: ondanks een volle blaas komen er alleen druppels urine vrij. Een typisch symptoom van overloopincontinentie is het voortdurend druppelen van urine.
  • Extraurethrale incontinentie: behoort tot een zeldzamere vorm van incontinentie waarbij de urine niet door de urethra maar door verkeerd gerichte kanalen loopt. De oorzaak is, vooral bij kinderen, een organische misvorming van de onderste urineleiders. Bij volwassenen kan extraurethrale incontinentie veroorzaakt worden door fistels.
  • Lach- of giechelincontinentie: Dit is een speciale vorm van aandrangincontinentie, waarbij het onvrijwillig lekken van urine wordt veroorzaakt door een reflex zoals lachen. Hardop lachen kan leiden tot het volledig legen van de blaas, ook al werd vooraf geen aandrang tot plassen gevoeld.

Wat zijn de verschillende gradaties van urine-incontinentie?

Urine-incontinentie kan worden ingedeeld in de volgende gradaties van ernst, afhankelijk van hoeveel urine onvrijwillig lekt:

  • milde urine-incontinentie: de getroffen persoon kan de urine niet ophouden tussen de bezoeken aan het toilet en verliest een paar druppels, bijvoorbeeld bij lachen of hoesten.
  • matige urine-incontinentie: de getroffene slaagt er niet altijd in op tijd het toilet te bereiken.
  • ernstige urine-incontinentie: De getroffene heeft geen controle over de blaasfunctie. De blaas leegt echter niet volledig.
  • zeer ernstige urine-incontinentie: De getroffene heeft last van een kolkachtig urineverlies dat meerdere keren per dag kan optreden. De blaas leegt zich altijd volledig.

Hoe wordt urine-incontinentie gediagnosticeerd?

Een medisch onderzoek kan meestal vaststellen welke vorm van urine-incontinentie aanwezig is. Daartoe zal de arts eerst de symptomen van de patiënt bespreken en een lichamelijk en klinisch onderzoek uitvoeren. Op basis daarvan zal de arts een geschikte behandeling voorschrijven om de symptomen van urine-incontinentie te verlichten.

Hoe kan urine-incontinentie worden behandeld?

De verschillende behandelingsmogelijkheden zijn afhankelijk van de verschillende vormen van urine-incontinentie:

  • Stressincontinentie: Regelmatige bekkenbodemoefeningen kunnen de spieren van de ligamenten van het houdingsapparaat versterken en de bekkenbodem duurzaam versterken. Ook medicijnen kunnen helpen. Als beide maatregelen geen succes hebben, kan in bijzonder ernstige gevallen een operatie worden uitgevoerd. In dat geval wordt een spanningsvrije band onder de plasbuis geplaatst om de vasthoudstructuren te stabiliseren.
  • Aandrangincontinentie/urgentie: kan veroorzaakt worden door ontstekingen, tumoren of blaasstenen, die dan eerst behandeld moeten worden. Daarnaast moeten de getroffenen regelmatig naar het toilet voordat de aandrang tot plassen ontstaat. Medicijnen of kruidenmiddelen zoals cranberrysap kunnen ook helpen.
  • Gemengde incontinentie: de behandeling bestaat meestal uit een combinatie van bekkenbodemspiertraining en medicatie.
  • Reflexincontinentie: als er neurogene oorzaken zijn, moet de therapie er eerst op gericht zijn deze te behandelen. Hiervoor wordt meestal een katheter gebruikt. Maar ook elektrostimulatie of zelfs een operatie kunnen worden overwogen.
  • Overloopincontinentie: de obstructie die het legen van de blaas verhindert moet worden verwijderd. Dit gebeurt meestal door middel van een operatie. De activiteit van de blaasspier kan echter ook gestimuleerd worden door elektrische stimulatie en geholpen worden door bepaalde medicijnen.
  • Extraurethrale incontinentie: als de oorzaak een misvorming is, wordt een operatie uitgevoerd of wordt de urine via een katheter afgevoerd.
  • Giechelincontinentie/lachincontinentie: komt in de meeste gevallen voor bij kinderen en verdwijnt vanzelf met het begin van de puberteit. Artsen bevelen consequente bekkenbodemtraining aan. Bij volwassenen kunnen ook Botox-injecties in de blaasspier worden toegepast.